Bart Lodewijks heeft geen atelier. Of net een enorm uitgestrekt atelier, zo je wil. De wereld is zijn werkplaats. Van Calcutta tot Glasgow, van Seoul tot Kathmandu, maar ook overal doorheen ons land, vind je zijn tekeningen, een aaneenschakeling die hij zelf ziet als één grote tekening, die als een levenslijn dwars door de wereld loopt.
Een vergankelijke levenslijn weliswaar. Want Bart Lodewijks is al eenentwintig jaar trouw aan één medium: wit krijt, een materie die gemakkelijk afbrokkelt en vervaagt. Zijn canvas is al even onderhevig aan de tand des tijds: hij tekent op huizen, in straten, op publieke gebouwen, heel zelden eens binnen in een huis, museum of galerie.
Hoe nederig ben je als kunstenaar als je a priori kiest voor iets wat voorbijgaat? Bart Lodewijks is misschien wel een antikunstenaar, iemand die niet mikt op eeuwige roem, die geen schrik heeft voor het vergaan, die geen indruk wil maken op komende generaties. Wat voor hem telt is het nu. Het verleden is blootgesteld aan de elementen, vervliegt in weer en wind, maar ook de toekomst is onzeker.
“Alles biedt weerstand”, zegt hij zelf, en hiermee doelt hij niet alleen op zijn geliefkoosde materiaal en de steeds veranderende dragers, maar ook op de derde niet onbelangrijke medespeler in zijn praktijk: de bewoners van de buurten en plekken waar hij - slechts gewapend met zijn krijtdoos en een stevige liniaal - neerstrijkt. Aanvankelijk, in de beginjaren van zijn kunstenaarschap, reageerden ze vaak argwanend. Wie is die vreemde man die hier dagenlang lijntjes staat te trekken op de gevel van onze buurman? Een zonderling, zo voelde hij zich, ook omdat hij zelf nog zoekend was welke weg hij moest gaan als kunstenaar.
Al doende kristalliseerde zich dit doel, kreeg hij inzicht in wat hij deed. De rechte lijnen die hij op muren en straten kraste, werden voetstappen, een manier om zich voort te bewegen door de wereld. “Al tekenend komt de tekenaar overal”, besefte hij, “ik kan dit heel lang blijven volhouden”. Wat begon als een eenmalig project werd een modus vivendi, een manier van werken die zo vervullend is dat hij zelden tot nooit smacht naar een andere werkmethode, een andere finaliteit.
Die vervulling vindt hij onder meer in de ontmoetingen met mensen, daar waar zijn levenslijn die van anderen doorkruist. Dat sociale weefsel is de onzichtbare infrastructuur waarop zijn projecten rusten. Door de jaren heen ontwikkelde niet alleen zijn werk maar ook zijn sociale begaafdheid: “Soms is er sprake van overmatig vertrouwen en vertellen buurtbewoners mij hun hele leven. Soms gaat het moeizamer en moet ik geduld oefenen om toenadering te zoeken. Krijt is onschuldig kindermateriaal, maar door wat ik ermee doe, word ik een indringer. Je kunt niet steeds rekenen op generositeit. De grootste voldoening? Dat is wanneer het uiteindelijk wel lukt, en ik het vertrouwen weet te winnen.”
Na meer dan twintig jaar praktijk draagt Bart Lodewijks stilaan een andere energie met zich mee. Hij palmt als vanzelfsprekend een site in waar hij tekent, en wordt door de passanten ook sneller gepercipieerd als kunstenaar. “Ik heb nu rugdekking”, zegt hij, “ik word gestut door die vele jaren tekenen.” Hoewel hij zelf het liefst praat over de sociale dynamiek rondom zijn projecten, peilen we even naar de vormtechnische aspecten van zijn werk. Er is immers een versnelde evolutie te bemerken de laatste jaren, van meterslange lijntekeningen tot meer geconcentreerde blokjes, met een tussenstop van een paar maanden toen hij vooral stipjes tekende in de openbare ruimte. “Ik merkte dat het ook met kleine ingrepen lukte om een gebouw meer spankracht te geven. De kalkrand die zich vormt aan de rand van mijn lat, laat ik bestaan, zodat zich ribbeltjes vormen, een reliëf dat het licht reflecteert. Het is een soort acupressuur, concentratie creëren op één plek. Ik ontdekte dat je door deze kleinere vlakken her en der te herhalen, ook een buurt kunt omspannen.”
Als u een alerte lezer bent, heeft u ondertussen al iets begrepen. Bart Lodewijks is niet alleen een kunstenaar, maar ook een zorgvuldige woordkunstenaar. Als kind tekende hij niet alleen, hij schreef ook verhalen, gedreven door een ongebreidelde fantasie. Nu nog is een gelukkige spin-off van zijn projecten de neerslag ervan in boekjes. Geen pretentieuze publicaties, maar aimabele kleinoodjes die veelal gratis te verkrijgen zijn, of e-books, toegankelijk voor iedereen. Veelal sober in vormgeving, maar sprankelend qua verhalen. Een mengeling van documentaire verslaggeving en literatuur, die aangenaam wegleest, en onontbeerlijk is als je meer wil weten over de figuren en buurten die getuige waren van zijn tekensessies.
Noodgedwongen neemt hij ook foto’s na een volle dag tekenen, beelden tegen het verdwijnen. Een beetje met tegenzin, aangezien hij niet houdt van fotograferen, en hij met dat verdwijnen niet zo’n heel groot probleem heeft. “Als er geen foto zou zijn, en mijn werk verdwijnt echt, dan is het voor mij het sterkst”, zo poneert hij. Ik denk dat iets dieper tot ons doordringt als het niets tastbaars nalaat.”
Een belangrijke ambitie voor de nabije toekomst is het teruggaan naar de plekken waar hij de afgelopen twintig jaar heeft gewerkt. Te onderzoeken wat is overgebleven en wat is verdwenen. Lijkt het alsof de tussenliggende jaren er nooit zijn geweest, of is er nog steeds weerstand op die plek, vanwege zijn intrusieve manier van werken? Leeft de tekening daar nog steeds? Met de verhalen die hij oppikt wil hij op elke plek een voorstelling brengen.
Zijn krijtlijnen mogen dan vergankelijk zijn, Bart Lodewijks zet ampel andere middelen in tegen de vergetelheid. Wat zijn bescheidenheid als kunstenaar meteen relativeert. Een vraag die men hem vaak stelt is op welke plek in de wereld hij eens heel graag een tekening zou maken. Zijn antwoord is even onverwacht als begrijpelijk als je zijn praktijk kent: “Ik heb er lang over moeten nadenken. Maar sinds kort weet ik het: in de hoofden van mensen.”
Het werk van Bart Lodewijks is te zien op twee buitenlocaties en in het kasteel van Gaasbeek in het kader van ‘Feast of fools. Bruegel herontdekt’, nog tot 28 juli 2019: https://www.feastoffools.be
'Gaasbeek drawings', een publicatie van Roma Publications in dit kader: https://www.romapublications.org/Gaasbeek_Drawings/index_NL.html
Het komende jaar kun je Bart Lodewijks ook aan de slag zien aan de Kapel Onze-Lieve-Vrouw van Kerselare, een bedevaartsoord op de Edelareberg in Oudenaarde, een project samen met fotograaf Jan Kempenaers en in uitwisseling met de architect, Juliaan Lampens.
Het komende jaar kun je Bart Lodewijks ook aan de slag zien aan de Kapel Onze-Lieve-Vrouw van Kerselare, een bedevaartsoord op de Edelareberg in Oudenaarde, een project samen met fotograaf Jan Kempenaers en in uitwisseling met de architect, Juliaan Lampens.
Meer over zijn werk in Calcutta: https://www.romapublications.org/Calcutta_Drawings/index_NL.html
Dit artikel verscheen eerder op TheArtCouch.
Kommentit