top of page

De Nieuwe Garde van Kunst in Huis

Ik tref de Nieuwe Garde van Kunst in Huis in volle bedrijvigheid. Er wordt gemonteerd, gekleefd, geschaafd, geschilderd en vooral heel goed gekeken. Wat gaan we waar hangen? Wie gaat met wie in dialoog? Welke werken versterken elkaar? Op de eerste verdieping van het Zuiderpershuis moeten deze vijf jonge beloftes het met elkaar zien te vinden: Homa Arkani, Polien Boons, Charlot Van Geert, Calixte Poncelet en Antoine Goossens.


Claudine Hellweg, artistiek leider van Kunst in Huis, kijkt bemoedigend toe en ondersteunt her en der met een zacht dirigerende hand. “Ik maakte de selectie van deze vijf heel intuïtief. Het is moeilijk te benoemen wat mijn criteria zijn. Meestal kies ik eerst een beeldhouwer en ontstaat van daaruit een betekenisvolle rode draad. Maar deze keer liep het wat anders. Calixte Poncelet en Antoine Goossens volgde ik bijvoorbeeld al langer. De keuze voor de anderen werd hier gaandeweg op geënt. Uiteindelijk redeneer je ze naar elkaar toe, en bovendien ontstaan hier, bij het opbouwen van de tentoonstelling, nog nieuwe connecties die ik niet had voorzien.”

Een sculptuur in PU-schuim van Charlot Van Geert gaat in dialoog met een ets van Polien Boons, waar je dezelfde rasterstructuur in terugvindt. Het fotografische werk van Calixte Poncelet wordt ondersteund door een okergele trapleuning van Charlot. Haar traantjes op bronzen sokkels vormen een schril contrast met een heftig expressief, haast agressief werk van Antoine Goossens. In een andere ruimte wappert iriserende folie van Polien Boons de ruimte in, terwijl aan de overkant Homa Arkani bevreemdende dingen doet met het hoofd van Donald Trump.

Stuk voor stuk is het werk van deze jonge beloftes fris, prikkelend en zeer eigentijds. Claudine Hellweg: “Ik laat me hiervoor bijstaan door een team van ‘Goede Neuzen’, specialisten uit het veld die zelf kunstenaars aanbrengen die ze in het vizier kregen, maar die me ook helpen kiezen uit de deelnemers aan de digitale selectie twee keer per jaar. Als ik dan al één objectief criterium heb, dan is het dat deze vijf bijzonder getalenteerd zijn, en veel toekomstpotentieel uitstralen. Hun werk is zo sterk dat het best met wat trommels en trompetten in de wereld gezet mag worden.”


Collages met een knipoog

Polien Boons prepareert het toonmoment met bolle buik. In juli komt haar baby ter wereld, maar eerst mag het artistieke ei gelegd. Sinds haar eindejaarstentoonstelling aan LUCA School of Arts in Brussel is ze verknocht aan de collagetechniek, een opnieuw heel actueel geworden kunstvorm. Ze toont mij een bijzondere ets, waar de uitgeknipte stukjes mee met de drager onder de pers gingen, zodat ze lijken te zijn gedrukt. Polien: “Die techniek heet chine-collé.Normaal dient een ets om zaken te reproduceren, maar ik doe hier precies het tegenovergestelde: door knipsels te integreren ontstaat telkens een uniek werk.”

Ze kiest de stukjes op basis van kleur en textuur. Nieuwe boeken en tijdschriften zijn niet zo interessant, liever grijpt ze terug naar ouder materiaal zoals gezeefdrukte boeken. Haar grote voorliefde? Millimeterpapier, vandaar dat de rastervorm vaak terugkeert: “Maar met de nodige rafelige randjes”, bekent ze, “ik heb wel iets met imperfectie. Zo zijn de stukjes papier in dit werk, Fitters, gemaakt om binnen het raster te passen, maar her en der lukt dat net niet. Ik hou van dergelijke knipogen.”


Polien Boons

Eeuwige verf

We verhuizen naar de volgende ruimte, waar Polien Boons een ander aspect van haar kunstenaarschap laat zien. Naast collages maakt ze ook ruimtelijk werk. Zoals deze sculptuur van een metalen drager en de kitscherige, knisperende folie waarin vroeger boeketten werden verpakt. Op deze manier opgehangen is dit materiaal plots van een ontroerende schoonheid. “Ik liet me hiervoor inspireren door de vleugels van kevers”, zegt Polien, “die op dezelfde gefragmenteerde manier het licht reflecteren. Men vond kevers terug die miljoenen jaren oud zijn, en toch behielden hun vleugels dat prachtige kleurenpalet. Mijn droom is dan ooit om dergelijke verf te maken, met kleuren die eeuwig standhouden.”

In dezelfde ruimte is Antoine Goossens in diepe overpeinzing verzonken. Hij heeft veel werken mee, en nu is het selecteren geblazen. Zijn werk is ook erg divers, van figuratief tot abstract, van naïef tot heel realistisch, en alles daartussenin. En zelfs: gecombineerd in één schilderij. Zijn werk kun je zien als een onderzoek naar de schilderkunst, in vele mogelijke gedaantes. Antoine: “Ik streef in mijn doeken naar een spanning die ook een zekere balans creëert. Door verschillende lagen aan te brengen, schep ik diepte, en zorg ik dat de toeschouwer wordt aangezogen. Maar tegelijk blokkeer ik dit, en breng ik elementen aan die terugkijken naar de kijker, zodat die zich bewust wordt van zichzelf.” Ook zijn meest opvallende werk in deze expo, If I would be a billboard, kijkt je onbeschaamd aan. En werpt je in dezelfde beweging een vraag toe. Dit is dus geen billboard? Wat is het dan wel? Antoine: “De kijker mag mijn werken zelf interpreteren, zelf verhalen weven. Ik reik symbolen aan, maar kan heel vaak zelf niet uitleggen waarom ze samen op één doek figureren. Ik wil met mijn schilderijen vooral een energie overbrengen, eerder dan een afgelijnd narratief.”


Antoine Goossens

Omgekeerde kitsch

Al de hele tijd verricht iemand te midden van dit alles noeste arbeid. Charlot Van Geert heeft haar werf centraal in de ruimte neergepoot. Werf ja, want haar installaties komen pas helemaal tot leven in situ. Ze werkt met PU-schuim, hout en brons, en daar maakt ze sculpturen mee die meteen een glimlach op je gezicht toveren. “Mijn werk is vrij geladen”, zegt ze, “maar ik wil dat het op de toeschouwer zo licht en vrolijk mogelijk overkomt.” Met twee reuze traantjes op een bronzen sokkel, roze en zwart, is ze niet tevreden. Dus die maakt ze nu opnieuw. “De kleuren zijn niet goed”, zegt ze gedecideerd, “ze moeten wit zijn.” Eén muur heeft ze paars geverfd, en dat zal ze ook doen met een metershoge paal, die midden in een ruimte terechtkomt, zodat die met elkaar in communicatie treden, voor de opmerkzame bezoeker tenminste. “In mijn werk tracht ik vanzelfsprekende aannames te bevragen, te ondergraven. Veel ideeën die door mensen zijn geschapen vind ik fake. Om dat te symboliseren maak ik gebruiksvoorwerpen in een materiaal en formaat die helemaal niet overeenstemmen met de functie. Brons wordt doorgaans gebruikt voor statige beelden, maar ik ga er helemaal anders mee om. Ik kneed de mal met mijn handen, en beschilder het eindresultaat met acryl. Hiermee bereik ik een soort omgekeerde kitsch: ik maak met een heel waardevol materiaal een quasi nutteloos object. Terwijl het bij kitsch net andersom is: mensen hemelen soms hele lelijke dingen op.”


Charlot Van Geert

IJs wordt vuur

Calixte Poncelet is de meest geruisloze van deze jonge garde. Consciëntieus hangt hij foto na foto mozaïekgewijs tegen de muur. “Het moeten er 42 worden in totaal”, zegt hij, “en de sequentie is belangrijk.” Het zijn donkere, ietwat enigmatische fotogrammen van een recipiënt en een vloeistof die uiteenspat. Hier hebben we wat uitleg bij nodig. Calixte: “Wat je ziet is de vorm van het houdertje waarin een filmrolletje bewaard wordt. Ik heb hierin ontwikkelaar gegoten en dit ingevroren. Het werk toont dus hoe deze vorm fotogram na fotogram steeds verder wegsmelt. Tegelijk zorg ik dat het wordt overbelicht terwijl het ontwikkelt, wat zorgt voor solarisatie, het ontstaan van een positief beeld in plaats van een negatief, hier in de vorm van vlammen. IJs wordt vuur, kan het mooier zijn?”

Calixte speelt een vermetel spel met de analoge fotografie, waarvan hij het logische procedé onderuithaalt, uitrekt, tegenwerkt. “Enerzijds behoud ik graag de controle, anderzijds laat ik los. De analoge fotografie heeft een eigen wil, waar ik me graag aan onderwerp. Ik laat me met plezier door mijn eigen werk verrassen.”


Calixte Poncelet

Hoofd leegmaken

Homa Arkani is een drukbezette vogel. Dat komt omdat ze op hetzelfde moment ook in Gent een tentoonstelling heeft, en heen en weer reist tussen de twee locaties. Haar werk springt er meteen uit, een bruisende, absurdistische beeldtaal. Is het omdat ze Iraanse is? Tweeënhalf jaar geleden kwam ze naar België, voor een masterstudie aan het Gentse KASK en de liefde hield haar hier. We blijven meteen plakken aan een werk van haar waar het hoofd van Trump onder een Perzisch tapijt wordt geveegd. Homa: “Persian Carpetmaakte ik toen Trump de Iraniërs wou verbieden om nog naar de VS te reizen. Nieuwe mensen zijn niet welkom, maar Iraanse professoren doceren wel aan zijn universiteiten? Dat voelde alsof hij enkel het goede van ons ‘gebruikt’. Die woede zit in het schilderij, maar wel met een humoristische noot.”

De activistische inslag in het werk van Homa Arkani verdween in België wat naar de achtergrond. Voor haar nieuwe stijl laat ze zich leiden door meditatie. Voor elke schildersessie probeert ze haar hoofd helemaal leeg te maken, aan niks te denken. Homa: “Dat is niet eenvoudig, want de geest wil altijd bezig zijn. Tijdens die meditatie komen plots beelden bovendrijven, die ik gebruik in mijn werk. 90% ervan kan ik met niks in verband brengen, maar ik heb geleerd om ze niet rationeel te bevragen en ze gewoon te aanvaarden.” Het resultaat is speels, spiritueel werk met een rijke symboliek die je als kijker een eindje zoet houdt.


Homa Arkani

Foto's: Jana De Ridder



bottom of page